Jodellavitanonhocapitouncazzo

Ik voer geen show op, ik ben de show
Mijn dronken grootvader op de dag van mijn communie
Dus buiten contact
Dat ik familieleden heb die helemaal niet graag dezelfde achternaam dragen
Laat mij het vermoeden maar liggen
Van het gevoel als mest
Soms hard, soms slurry
Geen verlangen naar roem, ik heb honger
Geen plaats aan tafel, ik heb een kom als een hond
Ik blaf om een ​​paar gerechten waar ik om smeek
Ik zou boos kunnen doen, maar ik vergeet het
Naast mij zit een echte dokter, vertelt hij
'Besef je niet dat je schizofreen aan het worden bent?'
Rustige dokter
Je hebt mij veel gekost
Ik ben niets waard
En noem mij geen kunstenaar, maar een bullshitter
Is het duidelijk? Ik ben een bullshitter in hart en nieren
Ik ben blij in de rotzooi, ik zou maar moeten huilen in plaats daarvan

Ik ben ziek, maar aan de ene kant geef ik geen adem aan slachtofferschap
Een Mirko, met alle rituelen
Licia kust me
Ik streef naar de Oscar, maar die voor aforismen
Ik moest douchen, maar ze gaven me een frisbee
En ik stink verschrikkelijk
Ik drink gratis
Ontsnapte aan mijn lot als een verstekeling in een boot
Ogen wijd open als een uil
Ik bouw laag na laag aan een toekomst die mij als een UFO ziet
Zeker dat ik moe word
Ik zweer op elk plukje
Ik zou trompet moeten spelen, hoe vaak ik ook zucht
Als ik in een van mijn ideeën duik
Ik bevind me in apneu in een zee van diarree
Ik vind het grappig
Ik leef maar leef niet omdat ik adem
Ik voel me alleen levend als ik de pen teken en schrijf
Toen ik geboren werd, begreep ik het niet
En nu ik het nog steeds niet begrijp, rest mij alleen nog dat



Ik lach maar huil van plezier
Als ik de knappe, sportschoolkleurige en gebruinde man zie, precies goed
Ik met modder in mijn lokken van Woodstock, ik stink
Ik verzamel urenlang zweet dat ik spuit
Ik hou van vrouwen die naar kabeljauw smaken
Meer dan showgirls met pailletten en struisvogelveren
Ik rol er een handvol vreugde in
Ook al breng ik de zomer niet door met plezier op het strand
Ik ben de regerend kampioen van de schroef
Maar ik heb een verzengend kalotje, zoals lavasteen
En in de competitie van wie vals speelt in de muziek
Ik zit in het spel met schoppen twee in mijn mouw
De enige zekerheid is dat ik slecht zal eindigen
Caparezza sterft, iedereen op de begrafenis
Het is paradoxaal
Maar ik kom niet, het maakt me niet uit
Mam, hoeveel platen zullen ze verkopen als ik sterf?
(Dokter, in de operatiekamer)